Een baby die goed slaapt: grote kans dat het een vrolijk kind is. En daarmee is de kans op blije ouders ook meteen een stuk groter. Maar nog belangrijker is dat de kleine veilig slaapt. “Daarbij staat de rugligging op plek één”, vertelt dr. Monique L’Hoir. “En op twee: een eigen bed of wieg.”
Het kan gezellig lijken: je baby in bed tussen jullie in. Of praktisch: want dan hoef je niet steeds midden in de nacht uit bed. Maar het is vooral risicovol. “De kans op plotseling overlijden is dan veel groter”, aldus Monique. “Zeker bij de allerkleinsten, tot vier maanden. Je kind kan onder het dekbed terechtkomen, maar zich nog niet laten horen. Ook kan je baby het te warm krijgen of onder jou bekneld raken. Het eigen bed is nou eenmaal de beste slaapplek.”
‘Roomsharing is heel goed’
Het bed delen met je baby? Niet doen dus. Maar je kamer delen is een ander verhaal volgens Monique. “Roomsharing is heel goed. Dan is de kans namelijk groter dat je het merkt als er iets aan de hand is, omdat je in de buurt bent. Een eigen bed naast dat van jou is perfect. Ook een co-sleeper of aanklikbedje is goed, mét het klepje omhoog als jullie slapen.”
Andere onveilige plekken
’s Nachts is de wieg of ledikant de enige logische plek voor je baby. Je ligt dan zelf immers ook te slapen en hoort niet alles om je heen. Op momenten dat je nog wakker bent, is het natuurlijk heerlijk om je baby nog even bij je te houden. Bijvoorbeeld na het voeden. Maar word je slaperig, dan leg je je baby weer terug in zijn eigen, veilige slaapplek.
“Een tweede risicovolle plek is de bank”, vertelt Monique. “Ik zie vaak foto’s voorbij komen van ouders die slapend met hun kind op de buik op de bank liggen. Dat is heel gevaarlijk: als je zelf diep slaapt, kan je baby tussen jou en bijvoorbeeld de rugleuning terechtkomen.”
“Ook een co-sleeper is goed, mét het klepje omhoog als jullie slapen”
Veilig in het grote bed?
Als een baby ouder is dan vier maanden, is het risico van samen slapen in het grote bed of de bank een stuk kleiner. Maar dit is niet altijd het geval is. Monique: “Bij prematuren en baby’s die te klein zijn geboren, ligt dat moment later: die hebben zes maanden nodig voordat ze veiliger in het grote bed slapen.”
“Als ouders roken, oververmoeidheid of zwaarlijvig zijn, of drank, drugs of medicijnen gebruiken, is het risico op wiegendood tijdens samenslapen langer aanwezig. In Nederland raden we bij deze risicofactoren aan om tot 6 maanden niet met de baby samen te slapen. En neem maar van mij aan; dat zijn echt geen overbodige adviezen.’’
Roomsharing: tot zes maanden
In Nederland geldt het advies om je baby tot zes maanden op de kamer bij de ouders te laten slapen. Monique begrijpt overigens dat als je niet goed slaapt en wakker wordt van ieder geluidje, je je kind vanaf vier maanden op een eigen kamer wil laten slapen. “Ook dat kan een keus zijn van ouders. Een babyfoon met camera is dan een handig hulpmiddel. Maar het advies blijft overeind; het veiligst is je kind tot zes maanden bij jou op de kamer.”